Een merk heeft als functie een product of dienst te onderscheiden. De consument weet dan dat het merk afkomstig is van bedrijf A en niet van bedrijf B.
Vaak hebben we het dan over individuele merken: merken die afkomstig zijn van en gebruikt worden door één of een paar bedrijven. Een collectief merk / keurmerk geeft de kwaliteit aan van een product. Dit product is dan afkomstig van een groep leden die het keurmerk mogen dragen. De merkhouder die toeziet op het gebruik van het collectieve merk, mag het merk zelf niet gebruiken.
Wat op een collectief merk lijkt is een oorsprongsbenaming en geografische aanduiding. Denk aan Gouda Holland kaas, champagne of gorgonzola. Dit zijn namen van streekproducten die, volgens een Europese Verordening, bescherming kunnen genieten. Het gaat dan, in tegenstelling tot merken, om productaanduidingen (dus generieke benamingen). Bij generiek denk je dat iedereen deze dus mag gebruiken, maar dat is niet zo. Een producent die niet aan de voorwaarden voldoet, mag de benaming niet gebruiken. En reken maar dat hier streng op wordt toegezien!
De nieuwste aanwinst voor de lijst is Oktoberfestbier. Dit bier mag nu alleen vermeld worden bij bier dat afkomstig is uit München!
